In een verlaten suikerfabriek liggen negen geldklokken verstopt die samen een waarde van 4500 euro vertegenwoordigen. Zodra de opdracht start, worden de bedragen minder waard. De kandidaten hoeven de klokken alleen maar te stoppen. Alle klokken doen er precies een half uur over om precies naar 0 te lopen. Art geeft de groep enveloppen met alle benodigde informatie.
In de enveloppen zit uitleg en foto’s van de klokken. Klokken zakken in totaal 1000 euro. Een klok van 900 euro zakt dus tot -100 euro, maar een kok van 100 euro zakt tot -900 euro. Het lijkt dan dus gunstig om eerst de laagste bedragen te vinden, maar de volgorde maakt in feite niets uit.
Annemieke vindt als eerste de laagste klok en stopt die op 19 euro. Taeke vindt er eentje die hij op 407 euro kan stoppen. Tim ziet de klok van 200 euro die heel hoog staat, maar weet niet welke trappen hij moet hebben om hem te bereiken. Maar hij kiest een verkeerde route en komt vast te zitten.
Intussen vindt Annemieke al de volgende klok, die ze op 148 euro stopt. Taeke stopt een klok van 460 euro. En Klaas weet met aanwijzingen van Tim en Annemieke de hoge klok van Tim te stoppen op -13 euro. Dan zijn er nog een paar klokken over maar wie heeft netjes de administratie bijgehouden? Taeke stiekem wel, maar die deelt het niet met de groep.
Hij vindt in een grote stalen bak de klok van 900 euro, die nu nog 532 euro waard is. Of is het nou de klok van 900 euro? Als kippen zonder kop rent de groep de hele fabriek nog eens rond. Taeke vindt in een laatje de hoogste klok, die hij bij 568 stopt. En hij vindt ook de laatste klok van 400, die nog 49 waard is. De pot stijgt met 2695 euro (afgerond door Art naar 2700) tot 11370 euro.