De groep gaat naar het voormalig postkantoor van Johannesburg. Binnen hangt een loden bal en er staan drie vazen. De vazen bevatten 500, 1000 en 1500 euro. De groep moet binnen een uur de bal in de vazen krijgen. De bal hangt aan vier touwen. Door de touwen strak te trekken en te laten vieren, kan de bal gestuurd worden.
De touwen lopen echter via katrollen door het hele gebouw heen. Alleen aan het uiteinde van elk touw kan goed getrokken worden. Doordat het gebouw zo groot en donker is, wordt het lastig om onderling te communiceren. Daarnaast kun je slechts vanaf één plek de bal echt goed zien.
Kees staat op de meest centrale plek. Hij kan met de anderen praten. Carolien staat in de kelder en krijgt dus weinig van het spel mee. Kees en Paulien gaan vrij snel weer terug naar de bal om te zien, welk touw aan welke hoek vastzit. Ze besluiten dat vooral aan Caroliens touw getrokken moet worden maar zelfs met drie man valt dat niet mee.
Halverwege de opdracht ziet Paulien pas, dat er portofoons liggen bij haar plek. Tegen die tijd hangen de anderen al met z’n drieën aan één touw te trekken. Dat werkt helaas niet, al komt de bal erg dicht in de buurt van een kom.
Met nog vijf minuten op de klok overwegen ze twee rare ideeën: Allemaal de touwen laten vieren, of allemaal aan hun touw trekken. Ze gaan voor de laatste optie en daarmee komt de bal alleen maar twee meter verder van de dichtstbijzijnde kom te hangen. De opdracht is mislukt…