De drie kandidaten met een vrijstelling, moeten deze omstebeurt verdedigen. De andere zeven kandidaten kunnen die afpakken en daarmee geld verdienen. Steeds zal één kandidaat met vrijstelling aan de ene kant van de brug beginnen. Een deel van de zeven kandidaten begint aan de andere kant. Beide kanten krijgen paintball-guns.
Als de kandidaat met vrijstelling als eerste de overkant haalt zonder neergeschoten te worden, blijft hij of zij eigenaar van de vrijstelling. Als echter de anderen als eerste de overkant halen óf de losse kandidaat neerschieten, verdienen ze geld voor de pot en vervalt de vrijstelling. Marit is 500 euro waard, Tim 1000 euro en Frits 1500 euro.
William en Dio worden als eerste tegenover Marit gezet. Maar Marit heeft geen zin om neergeschoten te worden en steekt haar armen in de lucht. Als dat alles was geweest, zou er misschien nog niets aan de hand zijn. Maar William besluit ook nog eens om de stobalen op de brug te inspecteren in de hoop dat er jokers inzitten. En aangezien Dio niemand wil neerschieten die zich overgeeft, besluit Marit toch maar voor de vrijstelling te gaan.
Tim krijgt Hadewych en Marion tegenover zich. Er wordt veel geschoten en gerend maar uiteindelijk gaat iedereen voor snelheid en daar blijkt Tim toch de snelste te zijn. Ook hij houdt zijn vrijstelling. Marion merkt daarbij op, dat er geen verf uit haar geweer kwam.
Tenslotte is Frits overgebleven en die ziet Maarten, Liesbeth en Anne-Marie tegenover zich. Frits gaat vol in de aanval. Met z’n drieën zitten zijn tegenstanders achter een hooibaal maar Frits raakt de uitstekende schoen van Maarten. Vervolgens wordt Liesbeth op haar schouder geraakt en ook Anne-Marie wordt door Frits neergeschoten. De drie vrijstellingen zijn nog in het spel...