In twee jeeps gaan de zeven overgenbleven kandidaten op safari. Elke jeep heeft enveloppes met dieren. Als de groep dat dier ziet, mogen ze de enveloppe openmaken en de vraag in die enveloppe beantwoorden.
Kees, Paulien, Tim en Carolien hebben enveloppes met de leeuw, neushoorn en giraffe. Tania, Daniël en Zarayda hebben de olifant, impala, buffel en luipaard. Deze tweede auto komt als eerste een groep impala’s tegen. Zij moeten vertellen met welk dier Tim zich vergelijkt (aap).
Zarayda ziet een buffel en de bijbehorende vraag is: Met welk dier vergelijkt Kees zich (een duif). Daar blijft het helaas bij. Er wordt dit keer geen geld verdiend, maar twee zwarte gesloten kokers. Art adviseert: “Misschien moet je ze maar niet open maken”...